Eerste hulp bij wandelletsel

Nederland heeft een wandelcultuur. Dat gaat van ’s avonds even een blokje om tot grote een- of meerdaagse wandelevenementen. 6.500.000 Nederlanders wandelen regelmatig.

Wandelen is een zeer snelgroeiende sport.

De KNWB (Koninklijke Nederlandse Wandel Bond, fusie van NWB en KNBLO-NL) telt zo’n 100.000 leden en zijn er ongeveer 1.100 lokale wandelaanbieders aangesloten. Dat zijn verenigingen, stichtingen en bedrijven die activiteiten voor wandelaars organiseren. Zij organiseren op jaarbasis ongeveer 1.400 wandelevenementen, uiteenlopend van kleinschalige langeafstandstochten (>100km) tot grootschalige publieksevenementen, bijvoorbeeld de jaarlijks terugkerende plaatselijke avondvierdaagsen (550!), tot de Nijmeegse Vierdaagse. Dat is het grootste wandelevenement ter wereld.

Tegelijkertijd brengt wandelen het risico met zich mee van (meestal) kleine blessures en ongemakken, vooral als er sprake is van het wandelen over grote afstanden en/of oneffen terrein en onverharde paden. Daarnaast spelen ook andere factoren mee die het risico op wandelletsel groter maken. Daarbij valt te denken aan leeftijd, pasafwikkeling, loophouding en geoefendheid van de wandelaar en aan de weersomstandigheden.

Blaarvorming is een veel voorkomende blessure. Dergelijke blessures moeten adequaat verzorgd worden om infecties te voorkomen en om het slachtoffer zo mogelijk zijn/haar wandeltocht te kunnen vervolgen

Onderwerpen in een training Acute Zorg bij Wandelletsel:

– hulpverlening algemeen;

– materiaalgebruik;

– preventie;

– acute zorg bij blaren: gesloten, open, bloedblaar op hiel, bal, tenen;

– wonden;

– weersinvloeden: onderkoeling, oververhitting